Gaat u geld wisselen, dan kunt u verschillende termen tegenkomen waar u nog nooit van hebt gehoord. Wij leggen de belangrijkste begrippen voor u uit.

De wisselkoers is de prijs van een munt, uitgedrukt in een andere munt. Dit kunnen we uitleggen aan de hand van een voorbeeld: stel, er is een wisselkoers van 1,33 dollar voor 1 euro. Dit betekent dat 1,33 Amerikaanse dollar evenveel waard is als 1 euro, en dat 1 dollar een waarde heeft van 75 eurocent. De wisselkoers wordt bepaald door vraag en aanbod op de internationale valutamarkt. Vraag en aanbod worden op hun beurt bepaald door veel verschillende factoren, zoals import/export, buitenlandse beleggingen, inflatie etc. Als er meer vraag is naar een bepaalde valuta (zoals de Britse pond of de Amerikaanse dollar) en minder aanbod, dan zal de wisselkoers van de gevraagde munt stijgen. Dit heet appreciatie. Als het aanbod van de munt groter is dan de vraag, spreken we van depreciatie.

De wisselkoersen veranderen dus continu. Dit betekent ook dat het bedrag dat u terugkrijgt voor uw euro’s, volledig bepaald wordt door vraag en aanbod. Wilt u weten wat uw euro’s op dit moment waard zijn in een andere valuta, of andersom? Check dan onze valuta converter.

Een vaste wisselkoers (tegenovergestelde: zwevende wisselkoers) is een systeem waarbij landen onderling zijn overeengekomen om hun valuta tegen een vaste koers om te wisselen. Dit maakt handel tussen landen met deze valuta eenvoudiger. Er is bijvoorbeeld een tijd lang een ‘koppeling’ geweest tussen de Zwitserse frank en de euro. De euro is de munt waaraan het meest wordt gekoppeld, maar ook aan de dollar zijn een aantal valutasoorten gekoppeld. Een vaste wisselkoers heeft verschillende voor- en nadelen. We noemen een aantal eigenschappen:

  • Voordeel: voor kleinere landen is een vaste wisselkoers goed voor de geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van het monetaire beleid
  • Voordeel: een vaste wisselkoers heeft minder schommelingen in de relatieve prijzen van landen tot gevolg
  • Nadeel: landen met een vaste wisselkoers worden wel eens gezien als landen met een minder sterk monetair beleid, omdat ze afhankelijk zijn van de munt waaraan ze zijn gekoppeld
  • Nadeel: een vaste wisselkoers kan tot gevolg hebben dat er geen natuurlijke correctie plaatsvindt op de handelsbalans, waar dat met een zwevende wisselkoers wel het geval is.

De wisselkoers is dus de prijs van een buitenlandse valuta, uitgedrukt in de valuta van het land zelf (dus de waarde van bijvoorbeeld dollars uitgedrukt in euro’s). De aankoopkoers (ook wel biedkoers) is de prijs die de banken willen betalen voor de valuta die hen wordt aangeboden.

De verkoopkoers, die ook wel laatkoers genoemd wordt, is de prijs die banken willen ontvangen als ze hun valuta’s verkopen.

Commissie is een bedrag (meestal gebaseerd op een percentage) dat wordt ingehouden van het uiteindelijke bedrag dat aan u wordt uitbetaald voor uw (vreemde) valuta. De commissie is bestemd voor de bank of partij die de aan- of verkoop van valuta regelt. Pott Change rekent, in tegenstelling tot de meeste andere partijen en banken, geen commissie bij het wisselen van uw geld. Let goed op de commissie bij het berekenen van de voordeligste koers. Ziet u bij een bepaalde partij een koers vermeld staan die véél gunstiger is dan bij andere partijen, dan zou het kunnen zijn dat er sprake is van een commissie die dat verschil weer ongedaan maakt.

Van oudsher werden de koersen bij wisselkantoren uitgedrukt per 100 van de valuta. Dus: voor 100 USD ontvangt een klant als voorbeeld bij Pott Change 79,00 euro en voor 100 USD betaalt deze klant 83,00 euro. Voor de meeste valuta’s gaat dit op, behalve enkele valuta’s die per 10.000 genoteerd worden, zoals de Japanse Yen en de Indonesische Rupiah.

Vanaf de euroconversie (per 01-01-2002) zien we de koers steeds vaker uitgedrukt per euro (zeker bij banken en in Amerika). Dat wil in het geval van “79,00 euro ontvangen per 100 USD” zeggen dat de koers 1.2658 USD/Euro bedraagt (meestal in 4 decimalen weergegeven). Deze koersen zijn eenvoudig om te rekenen door ze in de rekenmachine in te voeren: het getal 1 gedeeld door 79,00 (de koers per 100 USD) x100 = 1.2658 of bij de verkoopkoers van de USD 1/83,00 x 100 = 1.2048.

De koers van 1.2658 USD/Euro (bij aankoop van USD door Pott Change, oftewel verkoop van USD door de klant) betekent dat een klant 1.2658 USD moet geven/betalen om één euro te ontvangen. Andersom ontvangt een klant 1.2048 USD voor één euro als de klant USD wil kopen.

De twee verschillende manieren om bijv. de USD weer te geven zorgen dan ook voor wat verwarring. Als een Amerikaan enthousiast zegt: “USD rate went down”, dan spreekt hij over de koers uitgedrukt per euro. Hij hoeft als toerist minder USD te geven voor één euro. Terwijl een Nederlander die USD wil inleveren zegt blij te zijn dat de USD gestegen is. Per 100 USD krijgt hij meer euro’s) .

Een nadeel van de “nieuwe methode” is dat men de koers wel weet, maar dat geen Amerikaan zelf kan berekenen hoeveel euro’s hij nu krijgt voor 100 USD als de koers op 1.2658 staat. Terwijl men met de oude notatie meteen weet: 100 USD is 79,00 euro! Vandaar dat wij de koersen op twee manieren weergeven, in de hoop dat elke klant de koers herkent zoals hij/zij deze begrijpt.

Naast de aan- en verkoopkoers is er ook nog de girale koers. De girale koers is op de valutamarkt te volgen en wordt bepaald door de vraag en aanbod van een valuta. De aan- en verkoopkoersen die wij hanteren zijn afgeleid van de girale koers, waar wij een vaste of procentuele afwijking (verschilt per valuta) op loslaten om aan onze “aan- en verkoopkoersen” te komen. Wij verdienen dus op de marges die wij hanteren bij de koersbepaling en niet op kosten of commissie. Voor klanten is het altijd raadzaam om niet alleen naar eventuele kosten of commissies bij een transactie te kijken, maar ook naar de koersen. Hoe dichter deze bij de girale koersen liggen, hoe gunstiger voor de klant.

Als voorbeeld het verschil tussen GWK en Pott Change. De girale koers is op het moment van dit schrijven 82,10 euro voor 100 USD, oftewel: 1.2180 USD ontvangt men voor één euro. Deze girale koers krijgt u nergens, ook niet bij overboekingen of bankopnames. Dan berekent de bank een minimale marge van 1,25-1,75 (bankpassen) tot 4 procent voor credit cards, plus vaste opnamekosten via uw eigen bank en eventuele kosten voor de bank in Amerika. Bij Pott Change betaalt u op dit moment 83,00 euro voor 100 USD (1.2048 USD ontvangt u voor 1 euro), maar bij het GWK betaalt u 89,89 euro voor 100 USD en ontvangt u dus 1.1125 USD voor één euro. Een enorm verschil dus. Bij de aankoop van 1.000 USD betaalt u bij het GWK 68,90 euro meer (totaalbedrag exclusief kosten is 898,90) dan bij Pott Change (830,00 euro zonder kosten)! Giraal zou 1.000 USD 821,00 euro gekost hebben, maar zoals gezegd wordt er altijd linksom of rechtsom wat gerekend door de banken qua provisie of opnamekosten en u kunt dus nergens USD 1.000 kopen of (betalen in een winkel) voor 821,00 euro.

Cryptovaluta, ook wel cryptogeld, is de term die gebruikt wordt voor digitale munteenheden. Deze worden sinds een aantal jaar steeds vaker gebruikt als alternatief voor reguliere munteenheden. De bekendste is de Bitcoin, die is ontworpen in 2009, maar er zijn inmiddels ook verschillende andere cryptovaluta (bijvoorbeeld Ether of Ripple). Cryptovaluta zijn in een korte tijd heel populair geworden, maar er kleven ook een aantal risico’s en nadelen aan. De kleinere cryptogeldsoorten hebben weinig gebruikers. Hierdoor worden deze soorten alleen verhandeld tegen andere cryptovaluta en niet tegen gewoon geld. Omdat de groei van cryptogeld eigenlijk los staat van de economische ontwikkelingen die wél invloed hebben op vraag en aanbod van reguliere valuta, wordt de waarde sterk gebaseerd op speculaties en populariteit. Onder andere door deze kenmerken waarschuwt de Autoriteit Financiële Markten voor het investeren in digitale valuta.